Spring naar inhoud

De ware ziekte

In het Evangelie staan er verschillende passages waarin de Heer ons duidelijk maakt dat het lichamelijk leven minder belangrijk is dan het leven van de ziel. Onze ziel leeft voor eeuwig, ons huidig lichaam is vergankelijk en sterfelijk. We moeten dan best ook niet tevéél bezorgd zijn om onze lichamelijke gezondheid, maar veeleer om de gezondheid van onze ziel. Is onze ziel niet onzuiver, is die niet ziek? Is die niet besmet met de ziekte van allerlei zonden, zelfs dagelijkse zonden? Daar moeten we bang voor zijn: om smet te hebben op onze ziel.

Jezus zei dan ook tegen de Farizeeën, die Jezus berispten omdat zijn leerlingen hun handen niet hadden gewassen vóór de maaltijd:

 “Luistert en wilt verstaan: Niet wat de mond binnengaat, bezoedelt de mens; de mens wordt bezoedeld door wat de mond uitgaat.” Toen kwamen de leerlingen naar Hem toe en zeiden: “Weet Gij dat de Farizeeën bij het horen van Uw woorden er aanstoot aan namen?” Maar Hij antwoordde: “Iedere aanplanting die niet door mijn hemelse Vader geplant is, zal worden uitgerukt. Laat ze maar begaan: zij zijn blinden die blinden leiden. Maar als de ene blinde de andere leidt, vallen beiden in de kuil.” Nu nam Petrus het woord en zei tot Hem: “Verklaar ons die gelijkenis.” Waarop Jezus antwoordde: “Begrijpt zelfs gij nu nog niets? Beseft gij dan niet, dat alles wat de mond ingaat, in de buik komt en op een zekere plaats wordt verwijderd? Maar wat de mond uitgaat, komt voort uit het hart en dat bezoedelt de mens. Want uit het hart komen voort boze gedachten, moord, echtbreuk, ontucht, diefstal, valse getuigenis en godslastering. Die dingen zijn het die de mens bezoedelen; maar met ongewassen handen eten bezoedelt de mens niet.”  (Matt. 15,1-20)

Jezus legde hier duidelijk de nadruk op de ware onreinheid waar we ons bezorgd moeten over maken: deze van het hart – en dus de ziel.

De wereld is bang – zelfs hysterisch –  voor een virus, omdat ze niet in God geloven en niet in het eeuwig leven. Ze zijn bang omdat ze gehecht zijn aan dit leven, omdat ze denken dat er na dit leven geen leven meer is. Maar wij als Christenen, die wel in de wereld leven, maar niet van de wereld zijn, moeten ons onderscheiden, door te tonen dat we niet bang zijn, en ook – door middel van de hulpmiddelen (sacramentaliën en dergelijke) die God ons heeft gegeven – vertrouwen op God. De wereld is doodziek naar de ziel. De zielen van de zondaars zijn als melaatsen: met dikke korsten van zonden. Maar dat wordt niet gevreesd. Men vreest één of ander virus dat het lichaam kan aantasten. De ziekte van de ziel is veel dodelijker, want de eeuwige dood in de Hel is veel verschrikkelijker dan het krijgen van één of andere lichamelijke ziekte.

Wees niet bevreesd voor hen die wel het lichaam kunnen doden maar niet de ziel; vreest veeleer Hem die en ziel en lichaam in het verderf kan storten in de Hel. (Matt. 10,28)

Er zijn vele heiligen die een slechte gezondheid hadden, en die zelfs aan ziekten gestorven zijn. Maar zij waren daar niet bang van, maar droegen het als een heiligmakend offer, een kruis. Neem nu de heilige zuster Faustina: zij is op 33-jarige leeftijd gestorven ten gevolg van tuberculose, net zoals de heilige Gemma Galgani. De heilige Bernadette Soubirous – de zieneres van Lourdes – had haar hele leven lang astma, was in het klooster ziekenverzorgster en stierf op 35-jarige leeftijd aan tuberculose. De heilige Johannes Berchmans overleed op 22-jarige leeftijd ten gevolge van een longontsteking en zware diarree. De heilige Aloysius Gonzaga stierf op 23-jarige leeftijd aan de pest, toen hij de zieken verzorgde tijdens de uitbraak van een pestepidemie en hij na een tijd zelf de ziekte opliep. De heilige Damiaan stierf op 49-jarige leeftijd ten gevolge van de lepra, toen hij jarenlang lepralijders had verzorgd en hen de HH. Sacramenten had toegediend zonder ziek te worden – hij vertrouwde op God. De heilige zieners van Fatima – Jacinta en Francisco Marto, stierven beiden in 1919 en 1920 ten gevolge van de Spaanse griep. Zij offerden hun ziekte, hun lijden en tenslotte hun leven, voor de bekering van de zondaars. De Zalige Anna Katharina Emmerick stierf op 49-jarige leeftijd na een leven vervuld met ziekten en lijden. En zo zijn er nog veel meer offerzielen die heilig geworden zijn. Om stil van te worden!

Dit zijn nu enkele voorbeelden van heiligen die gestorven zijn ten gevolge van een ziekte. Zij leden naar lichaam, maar waren gezond naar ziel. Maar vele heiligen kunnen ook aanroepen worden tegen ziekten. Het is normaal dat wij een afkeer hebben van lijden – ook Jezus sidderde en stond doodsangsten uit bij het zien van zijn aanstaande lijden tijdens zijn doodsstrijd in Gethsemane. En toch, wie lijdt en zijn lijden opoffert, lijkt meer en meer op de lijdende Christus en kan een grote beloning verwachten. Vandaar dat vele uitverkoren heiligen een lijdenskruis te dragen hadden. Door hun offer werden talrijke andere zielen gered, die misschien anders naar de Hel zouden zijn gegaan. Dat was ook de oproep van O.L.Vrouw in Fatima: om offers te brengen om zondaars te redden van de Hel.

Maar doordat de wereld niet gelooft, zien ze het nut niet in van verzoenend lijden – als een soort straf tot uitboeting van eigen zonden en die van anderen – en daarom wordt er vaak voor euthanasie gekozen en is men doodsbang van ziekten, vooral als het een nieuwe en onbekende ziekte betreft. Ziekte is een gevolg van zonde. Het geeft de zondaar kans om reeds in dit leven boete te doen en zich te bekeren. Mensen die na losbandigheid een seksuele overdraagbare ziekte oplopen, kunnen zich daardoor bekeren. Ze zien het lijden, en het plezier dat ze hadden weegt niet op tegen de ellende van de ziekte, die er het gevolg van is. Daardoor kunnen ze berouw krijgen over de begane zonde. De uitverkoren heiligen die een ziekte kregen, droegen dit als verzoenend lijden voor anderen, tot uitboeting van zonden van vele zondaars. Zij redden vele zielen, en daardoor heiligden zij hun eigen ziel.

OK. Als er een uitbraak is van een bepaalde epidemie, is het normaal dat er wat maatregelen getroffen worden. Maar dat mag niet te ver gaan, en zeker in de Kerk. Het stopzetten van publieke Missen is een brug te ver. Dat getuigt van een groot gebrek aan geloof en vertrouwen in God – van ongeloof zelfs. Alsof de H. Mis slechts een “gezellige samenkomst is”, een “leuke viering” of een “gezamenlijke maaltijd”. Neen! Het gaat hier over het Heilig Misoffer!

Wie roept op tot meer gebed, tot boetedoening en eerherstel voor de talloze zonden, heiligschennissen en beledigingen die God moet verdragen, tot processies, bedevaarten, enzovoort? Van de bisschoppen horen we niets dan een oorverdovende stilte. Als ze nu straks nog de kerken gaan sluiten – zoals in Italië reeds het geval is -, dan zal dat het toppunt van de uiting van hun ongeloof zijn. Dit is nog nooit gebeurd in de 2000-jarige geschiedenis van de Katholieke Kerk. Bij uitbraken van pest en andere ziekten werden de kerken nooit gesloten, en werden nooit de publieke erediensten stopgezet! Nooit!

Kerken moeten opengezet worden, en de bisschoppen moeten de mensen uitnodigen om te komen bidden enz. In Polen hebben de bisschoppen dat begrepen – daar is er kennelijk nog geloof!

Zoals ik ook eerder schreef, zijn bedevaarten en processies – een uiting van boetedoening en eerherstel – goed om de uitbraak van een epidemie tegen te gaan. Of het nu gaat om een ziekte die door God als straf is gezonden, of iets dat door mensen met kwade bedoelingen is ‘losgelaten’, God laat het toe, maar God is sterker dan gelijk welke ziekte. Wereldoorlog I en II was ook door de mens veroorzaakt, maar God liet de mens begaan, Hij liet het toe als een straf, een kastijding – tot uitboeting van de zonden (cf. de boodschappen van O.L.Vrouw van Fatima en de visioenen van Leonie Van den Dijck).

Maar als wij op Hem vertrouwen en geloof hebben, kan de ziekte tegengegaan worden. Zo is de processie van Paus Gregorius I in de straten van Rome in 590, met een heilige afbeelding van O.L.Vrouw en de sacramentsprocessie in Cava dei Tirenni in 1657 – waar in beide gevallen de pestepidemie (die veel dodelijker was dan het huidige ‘coronavirus’) stante pede ophield – een zeer mooi voorbeeld. En laten we ook ons vertrouwen stellen in God door het gebruik van de diverse wonderbare afbeeldingen en Sacramentaliën – waaronder het bruin Scapulier, de Wonderdadige Medaille, de Benedictusmedaille, enz… God heeft ze ons ook gegeven.

Laten we ons vertrouwen op God stellen en weten dat Hij ons bemint. Laten wij Hem beminnen door goede werken, door getuigenis, door gebed en eerherstel en alzo onze ziel te verzorgen en mooi maken. Onze ziel is onze ware en eeuwige ik, ons lichaam is maar een omhulsel. Laten we geen bange christenen zijn die zich thuis opsluiten, – zoals de Apostelen eertijds, uit angst voor vervolging –  maar christenen zonder vrees en met een ijver om zielen te winnen voor God. Laten we daarvoor bidden.

1 reactie »

  1. Dank u wel, heel bemoedigend en hoopvol!
    Laten we in vrede zijn en blijven en hopen dat er méér geloof komt bij de kerkleiders en zodoende ook bij de mensen die zich nu wat verweesd kunnen voelen door niet te mogen deelnemen aan het heilig Misoffer. Dat we moedig blijven bidden en vertrouwen op God onze Schepper+

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

%d bloggers liken dit: