Hoe kun je weten dat het Katholiek geloof de ware religie is?

Er zijn veel religies. “Wat is nu de ware religie?” vragen sommige mensen zich af. Zelfs binnen het Christendom: wat is nu de ware “denominatie”? Het feit dat het (traditioneel) Katholiek christelijk geloof de enige ware religie is, is nochtans heel eenvoudig aan te tonen. Uiteraard is het niet ‘om het even’ welke religie men aanhangt, want uw eeuwigheid hangt er van af.
1. Theïsme of atheïsme?
We beginnen uiteraard bij het begin. Er is eerst en vooral het onderscheid tussen het geloof in een bovennatuurlijke macht, een god en een geestelijke wereld, of het atheïsme. Deze wereld, al wat bestaat en leeft, kan niet vanuit het niets zijn ontstaan. Atomen en moleculen hebben een oorsprong. Een levende cel heeft een oorsprong. Iets kan niet uit niets zijn ontstaan. Leven kan niet uit dode materie ontstaan. Alle natuurpracht, alle complexe levensvormen die we hier zien, kunnen onmogelijk door puur toeval en willekeur zijn “geëvolueerd” vanuit een oerbacterie, die per toeval is ontstaan in een oerplas, waar wat toevallige moleculen door een toevallige bliksemflits tot een perfecte DNA streng en een levende cel werden omgetoverd… De neo-Darwinistische evolutietheorie is niet bewezen, en is nonsens; en dat beschrijf ik uitvoerig op mijn website ‘De Evolutietheorie ontkracht’ en in mijn gelijknamig boek welke u hier kunt downloaden.
En de mens is uniek. De mens is intelligent, kan spreken, rekenen en dingen uitvinden, en leeft in een geordende maatschappij. De mens kent liefde, en heeft familie en vrienden die hem dierbaar zijn. De mens kan genieten van de schepping. Dat is iets wat dieren, zelfs de slimste apen, niet kennen. De mens is dus veel meer waard dan een dier. Wij hebben een doel in ons leven, er moet een zin zijn voor ons leven. Wij zijn geen zinloos geëvolueerde zak reagerende chemicaliën, die een doelloos en zinloos leven leiden op een toevallig ontstane planeet in een zinloos universum…
Atheïsme = totale zinloosheid.
Theïsme = zinvol.
De zin van ons leven is het hiernamaals. Er moet dus een geestelijke wereld zijn. Atheïsme is dus uitgesloten.
2. Polytheïsme of monotheïsme?
In de wereld heb je zeer veel godsdiensten, waarvan sommige reeds min of meer ‘uitgestorven’ zijn. Je hebt het Boeddhisme, de Islam, het Satanisme, de New Age beweging, het Hindoeïsme, het Sjamanisme, het Jodendom, het Christendom, het Sikhisme, en noem maar op. Verdwenen religies zijn onder meer de Mayaanse, Egyptische, Azteekse of Keltische religie, waar mensenoffers centraal stonden. De religies zijn onder te verdelen in monotheïstsiche religies (waar één God wordt aanbeden) en de Polytheïstische religies (waar meerdere Goden worden aanbeden, zoals destijds ook in de Romeinse en Griekse godsdiensten van de oudheid).
Maar hoe kan men nu weten dat het Christendom dé ware religie is binnen deze veelheid aan religies? Eerst en vooral: zijn er veel goden, of is er één god? Moeten we binnen de Polytheïstische religies gaan zoeken? Moeten er mensenoffers gebracht worden om de goden tevreden te stellen? Of is dat ‘barbaars’? Zijn wij wezens die op weg zijn om op eigen kracht opgestegen ‘meesters’ en goden te worden?
Er is duidelijk schepping geweest, dat hebben we gezien in het eerste puntje. Waren er dan meerdere goden die samen schiepen, of was er één god? Kunnen er meerdere goden zijn, die onderling concurreren? Is er een god van de maan, de wateren, de sterren, een god voor elke planeet, enz.? Zijn er goden en halfgoden, goden die wedijveren met elkaar? Vanwaar komen dan al die goden? Wie weet hoeveel goden er zijn? En hoe moeten we die goden dan allemaal dienen en tevreden stellen? Dat is allemaal onlogisch, en eigenlijk onmogelijk. Er kan slechts één God zijn, de Schepper van al wat bestaat, zichtbaar en onzichtbaar. Eén God die buiten ruimte en tijd bestaat, en begin noch einde kent. We moeten dus naar het monotheïsme.
Maar er is ook kwaad, en een bron daarvan. Wat zien we rondom ons heen? Pijn, lijden, ziekte, kwaad en zonde en de dood. We zien de natuurelementen, dodelijke ziekten, gevaarlijke roofdieren… Maar ook hoe dieren elkaar kwaad kunnen aandoen (hoe zelfs huisdieren soms ‘ruzie’ kunnen maken), en de mens die zijn evenmens kwaad aandoet. Hoe komt dat nu? Is dat allemaal ‘natuurlijk’? Is een kinderverkrachter iets normaal? Is een seriemoordenaar een normaal iets in onze maatschappij? Stelen, liegen, bedriegen, elkaar ‘beduvelen’, maakt dat diep en echt gelukkig? Vinden we dat goed? Uw echtgenote bedriegen met een prostituee? Kan dat allemaal zo maar? Waarom voelen wij (doorgaans) berouw bij het doen van iets dat in wezen fout is? Waarom kan iemand innerlijk ‘gekwetst’ worden? Waarom worden jongeren die gewetenswroeging voelen nadat ze de eerste keer ‘onkuis’ zijn geweest, gesust en verteld dat dat ‘normaal’ is en dat ze gerust mogen doorgaan met die daden? Waarom voelen die een onbehagen, een wroeging, in de eerste plaats? Waarom voelt ruzie maken slecht, terwijl sorry zeggen en elkaar vergeven, goed voelt? En waarom zijn we zo snel geneigd tot het kwade? Steeds weer opnieuw doen we dingen die fout zijn… Steeds weer opnieuw… Mensen kunnen verslaafd raken aan zonde, bvb. aan de pornografie, drankmisbruik, of andere slechte zogenaamde ‘gewoonten’.
We leven in een gevallen wereld (ook te zien aan de natuur die in verval is), en zelf leven we in een gevallen toestand. Het kwaad dat we bedrijven wordt zonde genoemd. Er is zonde en er is vergeving. Er is een moraal, een onderscheid tussen goed en kwaad. Die moraal ligt vanaf het begin van ons leven in ons hart, maar kan doorheen ons leven, naarmate we kwaad opstapelen, vertroebeld worden. Dan krijg je bvb. dat een gruwelijke seriemoordenaar en verkrachter geen berouw meer heeft over zijn daden.
We kunnen deze gevallen toestand niet zelf verhelpen door op eigen kracht trachten ‘op te stijgen’ naar verheven sferen (zoals in de New Age) of trachten onszelf te ‘vergoddelijken’. Wij kunnen op onszelf niets. We blijven een ellendig schepsel, steeds geneigd tot het kwade, zelfs in kleine dingen. God moet ons dus helpen. Al dit kwaad is te verklaren door de zondeval, de eerste zonde van Adam en Eva, die verleid werden door Satan, een gevallen engel die had gerebelleerd tegen God en zich van God had afgescheiden. De van God afgescheiden engelen worden demonen of duivels genoemd; en werden naar de Hel verwezen, een plaats diametraal tegengesteld aan de Hemel. De Hemel (waar God is, en engelen en de de heiligen) staat voor pure liefde, gelukzaligheid, vrede, enz… De Hel (de demonen en de verdoemden) voor haat, kwaad, zonde, vervloeking,… Dat er in iedere mens in zekere mate een ‘oerverlangen’ bestaat naar het verloren gegane paradijs, vertel ik in dit artikel.
Die zondeval van de eerste mens wordt verkondigd door de drie meest bekende monotheïstische Godsdiensten: het Jodendom, de Islam en het Christendom. We moeten dus hier verder zoeken.
Binnen het monotheïsme: Jodendom, Islam of het Christendom?
Het Jodendom is de oudste van de drie religies, de Islam de jongste. Het Jodendom, ook wel bekend als ‘Judaïsme’, komt van ‘Juda’ en ‘Judeeër’. Abraham was de bekende aartsvader, waaruit Isaak en vervolgens Jacob ontstond. Jacob, die als bijnaam ‘Israël’ kreeg, had 12 zonen en was de stamvader van de 12 stammen van Israël.
De zonen van Israël gingen tijdens de hongersnood in Egypte wonen. Na verdrukking door Ramses II werd het volk onder grote tekenen door de profeet Mozes uit Egypte weggeleid naar de woestijn en zo naar het Beloofde Land. Tekenen hiervan zijn nog steeds te zien, zoals uitvoerig weergegeven in dit artikel. Het is dus niet zomaar een legende of een oud verhaal: het zijn feiten die gestaafd worden door archeologische vondsten.
Nadat de Israëlieten het Beloofde Land in bezit hadden genomen, kreeg ieder een deel van het land toegewezen door Jozua, die Mozes als leider had vervangen na diens dood. De stam Juda vestigde zich in het gebied ten zuiden van Jeruzalem en werd na verloop van tijd de machtigste en belangrijkste stam. Zij bracht niet alleen de grote koningen David en Salomo voort, maar volgens de voorspellingen zou ook de Messias uit haar midden komen. Moderne Joden gaan bovendien terug op de stammen Juda en Benjamin (geabsorbeerd door Juda) of op de stam, of groep clans van religieuze functionarissen die bekend staan als Levieten. Deze situatie werd veroorzaakt door de Assyrische verovering van het koninkrijk Israël in 721 v. Chr., die leidde tot de gedeeltelijke verspreiding van de 10 noordelijke stammen en hun geleidelijke assimilatie door andere volkeren.
Het zuidelijke koninkrijk Juda floreerde tot 587/586 v. Chr. toen het onder de voet werd gelopen door de Babyloniërs, die veel van de inwoners in ballingschap wegvoerden. Toen de Perzen Babylonië veroverden in 538 voor Christus, stond Cyrus de Grote toe dat de Joden terugkeerden naar hun vaderland, waar zij spoedig aan het werk gingen om de prachtige tempel van Jeruzalem, die de Babyloniërs hadden verwoest, te vervangen. De geschiedenis van de Joden vanaf die tijd is voornamelijk de geschiedenis van de stam Juda.
Het volk van Israël leefde volgens de voorschriften en bepalingen die God aan Mozes had gegeven, en volgens de Wet: de 10 geboden. Die geboden dienen om een samenleving in harmonie met elkaar en met God te doen leven. Een samenleving die de 10 geboden naleeft, is een écht diep gelukkige samenleving.
In Jeruzalem werd een tempel gebouwd waarin de verbondsark met de twee stenen tafels met de 10 geboden op, werd geplaatst in het allerheiligste. Daar brachten de priesters offers op aan God.

In het Jodendom was men 2000 jaar geleden bekend met de diverse profetieën over de komst van een messias, een verlosser. Velen dachten echter dat er een aardse verlosser ging komen in pracht en praal, die de Romeinen zou buitengooien en een aards koninkrijk met grote weelde en welvaart ging installeren. Toen Christus verscheen, werd hij door de Farizeeën en de Schriftgeleerden van zijn tijd niet geloofd. Hij werd overeenkomstig de profetieën na drie jaar gevangen genomen, gegeseld en als een grote misdadiger gekruisigd en vervolgens begraven. Hij vergoot zijn bloed als losprijs voor velen, tot vergeving van de zonden. Hij, God die de menselijke natuur had aangenomen om de mensheid te verlossen, was de tweede Adam om de zondeval van Adam te herstellen. Hij zei dat ieder die in Hem gelooft en Hem navolgt en de geboden onderhoudt, het eeuwig leven kan binnengaan. Christus echter, had een nieuw offer ingesteld, en had voorzegd dat de Tempel en heel Jeruzalem zou verwoest worden, omdat het oude offer en dus het oud Verbond, afgedaan had. Die profetie is op gruwelijke wijze in het jaar 70 uitgekomen. Het Jodendom had eigenlijk moeten ophouden te bestaan, omdat uit dat Jodendom de Christus gekomen was (dat was waar het Jodendom voor had gediend), en er nu een nieuwe wet van kracht was: het nieuw verbond met het H. Misoffer.

Latere pogingen van overgebleven Joden om de tempel te herbouwen mislukten doordat een aardbeving de bouwwerken teniet deed, en doordat sinds 630 tot op heden het gebied van de tempelberg door de Islam geclaimd wordt.
Christus stichtte één Kerk, de gemeente van Jezus Christus, en later werden de volgelingen van Jezus ‘Christenen’ genoemd. Vele Joden gingen over tot het Christendom, anderen bleven zich vastklampen aan de Farizeesche stroming binnen het Jodendom. Later trad ook nog een zekere Mohammed op, die beweerde inspraken te krijgen van een engel en die in geschriften samenbracht. Mohammed had meerdere vrouwen, ‘consumeerde’ een huwelijk met een kind van 9 jaar, en verspreidde zijn geloof met het zwaard. Zo krijg je dat Moslims die de Koran letterlijk volgen, in staat zijn om zichzelf op te blazen in een aanslag waarbij vele andere mensenlevens worden weggerukt en dood en ellende wordt gezaaid, en zich dan ‘martelaar’ durven noemen en denken dat ze een grote beloning zullen krijgen. Maar uiteindelijk is de Islam een godsdienst van angst: je doet zoveel mogelijk je best, je bidt uit de Koran en je onderhoudt de voorschriften, maar je weet niet zeker of je gered bent tot aan oordeelsdag. Jezus is in de Islam slechts een profeet, maar Mohammed is de belangrijkste profeet. Verlossing uit zonde bestaat dus niet in de Islam. Het is: red jezelf uit eigen kracht.
De Christelijke martelaren echter, stierven omwille van hun geloof in Jezus Christus, niet doordat ze zelf dood en verderf zaaiden en daarbij mee de dood ingingen, maar doordat ze standvastig weigerden in te gaan op de eisen van diegenen die hen van het geloof in Jezus wilden afbrengen en volhardden in de deugd. Dan werden ze onderworpen aan de gruwelijkste folteringen, zonder één moment te wankelen. Dit toont dat ze bezield werden door een bovenmenselijke kracht en een bovenmenselijk geloof. Dit is dus het ware geloof. We redden niet onszelf uit eigen kracht, maar we laten ons redden door Jezus Christus, door in Hem te geloven, berouw te hebben over onze zonden, en Hem trouw te blijven tot in de dood.

Het Christendom is dus de ware religie. Wie in Christus gelooft en een levende relatie met Hem aangaat, gaat uit liefde tot God zich inspannen tot het doen van goede werken (geestelijk en lichamelijke werken van barmhartigheid) en het brengen van offers (verstervingen, geduldig dragen van ziekte of lijden, of het ondergaan van een martelaarschap zoals de eerste Christenen) om deel te nemen aan het Verlossingswerk van Christus, ieder volgens zijn eigen roeping. Een geloof zonder werken is dood. De werken komen voort uit het geloof en zijn er een uiting van, maar zijn niet noodzakelijk om gered te worden. Want iemand die zich op z’n sterfbed bekeert van een zwaar zondig leven, kan zich niet beroepen op goede werken, maar zal toch gered worden en de Hemel binnengaan. Maar het is om de liefde tot God dat iemand die gelooft, zich inspant voor Gods zaak.
Binnen het Christendom: de Katholieke Kerk
In de begindagen was het Christendom één. Er was maar één Kerk. Heden zijn er vele kerken. Er is de katholieke Kerk, er zijn de vele Orthodoxe Kerken (Grieks, Russisch,…) en er zijn de Protestantse kerken (Gereformeerd, Luthers, Hervormd gereformeerd, Evangelisch, etc.). Christus bad echter opdat allen “één” zouden zijn, en zei tegen Petrus: ‘Weid mijn schapen’. Er is maar één ware Kerk, en dat is de Kerk die teruggaat tot de tijd van de Apostelen: het is de Katholieke Kerk met als hoofd ‘Petrus’, of de Paus. De andere ‘kerken’ zijn allemaal veel ‘jonger’ en afgescheurd van de Katholieke Kerk, en zijn tot op zeker niveau dwaalwegen ingeslagen. De vele protestanste kerken zijn het gevolg van dwaling en zonde. Luther was een priester die met een non huwde en kinderen verwekte, en de HH. Sacramenten loochende. De Anglicaanse Kerk is het gevolg van de zonde van koning Hendrik VIII. Hij had een ongeldig tweede huwelijk aangegaan, en weigerde daarvan af te zien. Hij werd door de Paus veroordeeld, waarna hij zich afscheurde en de ‘Engelse Kerk’ stichtte, waaraan hij aan het hoofd zou staan. Die kerk verviel al snel in allerlei dwalingen, en werd algauw vrij protestants.
De Katholieke Kerk draagt de kenmerken: heilig, universeel (katholiek) en apostolisch (gestoeld op de apostelen). Hoewel er doorheen de tijd perioden van verval waren, zorgde God altijd voor het herstel. De Kerk is onfeilbaar, maar niet de gelovigen en de geestelijken, welke ook zondaars zijn. De heiligheid van de leken en priesters, hangt af van hun medewerking met de genade, hun sacramenteel leven en hun verlangen om Christus na te volgen en heiligen te worden.
Maar welke tekenen en wonderen hebben we binnen de Katholieke Kerk, welke ze niet hebben in de andere ‘kerken’ die uiteindelijk tonen dat dit de ware Kerk is, en de enige ware religie?
1. De Lijkwade van Turijn

De wetenschappelijk onverklaarbare Lijkwade (4,4 x 1,1 meter) wordt beschouwd als hét belangrijkste relikwie van het Christendom. Het toont het Lichaam van Christus die gekruisigd is. De kruiswonden, de wonden van de doornenkroning, de geselwonden, en de wonde aan de zijde, zijn er allemaal perfect op te zien. Het bestaan ervan wordt gedocumenteerd sinds de 6de eeuw, toen het werd vereerd in Edessa, Turkije. Volgens de overlevering bracht de Apostel Judas Thaddeus het naar de Noord Syrische stad om het te beschermen tegen koning Abgar V, de eerste koning in de geschiedenis die het christendom omarmde en gedoopt werd door de apostel. In 944 werd het naar Constantinopel gebracht. In 1214, tijdens de 4de kruistocht, werd het gestolen uit het koninklijke kapel in het paleis, door de Franse ridder Othon de la Roche en via Athene naar Frankrijk gevoerd. Sinds 1357 werd het vereerd in in Lirey/Champagne, waarna het in Chambéry terecht kwam. Vervolgens werd de Lijkwade naar Turijn in Italië gebracht door de Savoy Dynastie, in 1578. De lijkwade wordt sindsdien bewaard in de koninklijke kapel van de Kathedraal van St. Johannes de Doper in Turijn.

Recent onderzoek door wetenschappers van de universiteit van Padua in 2013, weerlegde de bevinding van 1988 dat het een middeleeuwse namaak was, en toonde duidelijk aan dat de Lijkwade wel degelijk 2000 jaar oud is, dat deeltjes aarde overeenkwamen met de aarde van het Heilig Land, en dat de bloedsporen echt bloed zijn en bovendien bloedgroep AB hebben.
Sinds het doek geanalyseerd werd door wetenschappers en de vreemde vorming van de beeltenis werd vastgesteld, hebben velen getracht het doek te reproduceren of er een uitleg voor te geven. Prestigieuze fysici, chemici, wetenschappers,… niemand is erin geslaagd. De afbeelding van de Heilig Lijkwade is veel complexer dan het op het eerste zicht lijkt. De Lijkwade is iets enorm bijzonder. De afbeelding op die lijkwade heeft namelijk 9 bovennatuurlijke, onverklaarbare kenmerken, die het uniek, onherhaalbaar en onfalsifieerbaar maken.
Kenmerk 1: Oppervlakkigheid
Iedere linnen vezel, waar de doek uit vervaardigd is, is amper 1/10 van de diameter van een menselijke haar dit. De afbeelding is zo extreem oppervlakkig dat het slechts 5/100 van een millimeter diep gaat in het doek.
Kenmerk 2: Afwezigheid van pigmentatie
De afbeelding heeft geen pigment, geen verf, geen verfstof, niets chemisch. Er is geen verflijn; het is geen schilderij.
Kenmerk 3: Niet-gerichtheid
In het onbekende proces van de vorming van de afbeelding was er geen gerichtheid, zoals die welke een hand zou produceren wanneer er wordt geschilderd; de afbeelding is rechtstreeks op het doek gekomen, proportioneel en zonder richting – er was geen contact (met bvb. een penseel of iets dergelijks).
Kenmerk 4: Thermische stabiliteit
De afbeelding wordt niet beïnvloedt door hitte, het heeft een hoge thermische resistentie. Het heeft reeds verschillende branden doorstaan, met temperaturen tot 950°C, en noch het vuur, noch de hitte heeft de afbeelding beïnvloedt.
Kenmerk 5: Hydrologische stabiliteit
Het doek heeft de markeringen die geproduceerd werden door water, mogelijks door water dat gebruikt werd bij het blussen van de brand. Maar de afbeelding werd er ook niet door beïnvloed.
Kenmerk 6: Chemische stabiliteit.
De degradatie van het linnen en z’n geelbruine kleur die de afbeelding vormt, werd noch opgelost, noch verkleurd of zelfs gewijzigd door inwerking van allerlei soorten chemische reagens. Doordat het absolute chemische resistentie toont, is de kleur het resultaat van een onverklaarbare degradatie van de cellulose, en niet van iets dat eraan werd toegevoegd.
Kenmerk 7: Microscopische Details
De afdruk van het doek is extreem gedetailleerd. Niet enkel zijn de wonden veroorzaakt door de geselslagen perfect te zien, maar door tussen deze wonden te kijken, kunnen ook kleinere wonden gezien worden; details die enkel zichtbaar zijn met een microscoop. Tevens kan men onder de microscoop zien dat terwijl één vezel verkleurd is, deze ernaast (op een afstand van micrometers) geen verkleuring vertoont. Dat wijst op microscopische perfectie.
Kenmerk 8: Negativiteit
De afbeelding is een optisch negatief, en wanneer het ‘omgekeerd’ wordt, wordt het positief – of de ‘werkelijke beeltenis’ getoond. Enkel op deze manier verkrijgt de afbeelding een echte en gedetailleerde verschijning.
Kenmerk 9: Drie-dimensionaliteit
De afdruk van de Lijkwade toont op een onverklaarbare manier de drie-dimensionele volume-informatie van het lichaam. De densiteit van ieder punt (van de afbeelding) is gerelateerd aan het reliëf van het lichaam, waardoor bij de productie van de afbeelding er dus verschillende afstandspunten waren vanwaar de afbeelding op het doek werd gebracht. Dit kon slechts ontdekt worden met behulp van een ruimtesonde die uitgerust is met een systeem om de maan in kaart te brengen, uitgevonden door de NASA in 1978.
Wetenschappers zijn tot op heden iet in staat geweest om een oorzaak te formuleren voor het ontstaan van de afbeelding. De resultaten toonden dat enkel straling voldoet aan de kenmerken van de vorming van de afbeelding. Enkel huidige technologie zou in staat zijn om zoiets te reproduceren: er zouden dan miljoenen lasers nodig zijn om in één ogenblik een afbeelding te vormen in een optisch negatief met 3D-informatie. Onmogelijk dus.



Juan Manuel Miñarro, een prestigieuze kunstenaar en professor aan de Universiteit van Sevila, heeft de Lijkwade gedurende 12 jaar bestudeerd – de langste studie die werd verricht op het gezicht en het lichaam van de Man van de Lijkwade. Gebruik makend van forensische en antropologische technieken, heeft hij een prachtige reconstructie vervaardigd van het Lichaam van Christus, tot in de volledige forensische details. Het lichaam werd in hout uitgesneden. Het houten beeld is onderdeel van een expo die in Spanje rondgaat.
2. De meer dan 150 Eucharistische wonderen

Christus had vlak voor zijn afsterven een Laatste Avondmaal gehouden met zijn Apostelen. Daar heeft hij de H. Eucharistie of het H. Misoffer ingesteld en zijn apostelen tot priesters (en bij uitbreiding bisschoppen) gewijd, zodat zij dat Misoffer konden voortzetten.
De Eucharistie vindt zijn grondslag reeds lang voordat Christus het instelde. In het Oud Testament vinden we vele voorafbeeldingen van dit Sacrament, zoals het offer van Melchisedek. Het manna dat God in de woestijn uit de hemel liet vallen om Zijn volk te voeden is ook een beeld daarvan. Zelfs het Paaslam dat door de Joden jaarlijks werd gegeten is in feite een voorafbeelding van de Eucharistie. Een zuiver lam zonder gebreken, werd uitgekozen en afgezonderd. Het werd geslacht, het vergoot z’n bloed, en het werd kruisgewijs vastgebonden en gebraden. Vervolgens at men al staande het vlees. Dit gebruik werd ingesteld in Egypte, toen God in alle huizen de eerstgeborenen met de dood sloeg, maar diegenen passeerde die een lam hadden geslacht en bloed aan de deurpost hadden gebracht.
Christus is het Nieuwe, volmaakte Goddelijke Lam. Hij werd afgezonderd en naar de slachtbank geleid. Hij vergoot Zijn bloed en stierf voor ons. Hij voedt ons met Zijn Lichaam in de Eucharistie. In het Misoffer, dat door de priester wordt opgedragen, wordt Christus door de Consecratie tegenwoordig in het brood en de wijn. Dit wordt op onzichtbare wijze Vlees en Bloed van onze Heer.
De H. Eucharistie is Bijbels. In het Evangelie zegt Jezus:
“Ik ben het brood om van te leven. Uw voorouders hebben in de woestijn het manna gegeten, en toch zijn ze gestorven. Zo is het niet met het brood dat uit de hemel neerdaalt: wie daarvan eet zal niet sterven. Ik ben het levende brood, dat uit de hemel is neergedaald. Als men van dát brood eet, zal men leven in eeuwigheid. En het brood dat Ik zal geven, is mijn vlees, voor het leven van de wereld.’ Toen ontstond er onder de Joden een discussie: ‘Hoe kan Hij ons zijn vlees te eten geven?’ Daarop hernam Jezus: ‘Waarachtig, Ik verzeker u: als u het vlees van de Mensenzoon niet eet, als u zijn bloed niet drinkt, is er geen leven in u. Maar wie mijn vlees en bloed eet en drinkt, die bezit eeuwig leven: op de laatste dag laat Ik hem opstaan, want mijn vlees is echt voedsel, mijn bloed is echte drank. Wie mijn vlees eet en mijn bloed drinkt, blijft met Mij verbonden en Ik met hem. Zoals Ik leef uit de Vader, de Levende, die Mij gezonden heeft, zo zal ook hij die zich met Mij voedt, leven uit Mij. Dit is het brood dat uit de hemel is neergedaald, niet dat wat uw voorouders hebben gegeten, die niettemin gestorven zijn. Wie zich met dit brood voedt, zal leven in eeuwigheid.’
Johannes 6,48-59
En dat deze woorden de waarheid zijn, dat Jezus werkelijk aanwezig komt in de H. Mis, dat de H. Mis waarlijk de onbloedige hernieuwing is van het kruisoffer, en dat de hostie werkelijk zijn Lichaam en Bloed wordt, wordt bewezen door de talloze Eucharistische mirakelen, wel zo’n 150. Hier worden er enkele uitgelicht in deze video’s:
Vier Eucharistische mirakelen in Italië uit de middeleeuwen:
Twee recente wetenschappelijk onderzochte mirakelen in Polen (2008 en 2013):
Eucharistische mirakelen zijn bij uitstek hét bewijs voor de tegenwoordigheid van de Heer in de H. Eucharistie, en het bewijs dat de Katholieke Kerk de ware Kerk is. Atheïsten die zulke Eucharistische mirakels onderzochten, bekeerden zich daardoor!
3. De Beeltenis van Onze Lieve Vrouw van Guadalupe

Onze Lieve Vrouw – de Moeder Gods – is op vele plaatsen verschenen als de gezant van God, waar zij wonderen, genezingen en bekeringen heeft bewerkt, maar in Guadalupe heeft zij haar grootste teken nagelaten: haar beeltenis zelf.
In 1531, nadat Mexico door de Spanjaarden was veroverd op de bloeddorstige Azteken (met hun mensenoffers aan hun vele goden die moesten ‘tevreden gesteld worden’) en omgedoopt was tot Nieuw-Spanje, verscheen van 9 – 12 december aan een nederige landbouwer die zich tot het christendom had bekeerd en de naam Juan Diego had aangenomen, Onze Lieve Vrouw. Zij vroeg om op de plek waar vroeger een Azteekse tempel had gestaan, een kerk te bouwen. Als teken liet zij midden in de winter Castilliaanse rozen bloeien op de Tepeyac, en liet zij in de aanwezigheid van de bisschop haar beeltenis verschijnen op de tilma (een soort schort of kleed) van Juan Diego. Deze beeltenis wordt tot op heden bewaard. Het doek werd onderzocht en de verfstoffen zijn onbekend op aarde. De tilma gemaakt van vezels van cactusplanten, is na bijna 500 jaar nog steeds intact.
Meer daarover in deze video:
De Mariaverering (niet aanbidding!) is trouwens Bijbels: Zij zingt, toen ze zwanger was van Jezus, en op bezoek was bij haar nicht Elizabeth:
“Want zie, vanaf nu zullen alle geslachten mij zalig prijzen.”
Luc. 1,48
Maria is de moeder van Jezus is, en Jezus is onze God en onze Redder en onze Broeder, die Maria als moeder aan ons allen gaf aan de voet van het kruis. Want toen Jezus aan het kruis hing, zag hij zijn Moeder en bij haar de leerling van wie hij veel hield.
“Toen zij Hij tegen Zijn moeder: ‘Vrouw, daar is nu je zoon’. Vervolgens zij Hij tegen de leerling: ‘Daar is je moeder.’ Toen van dat uur af, nam de leerling haar bij zich in huis op (als zijn eigen moeder)”
Joh. 19, 25-27
Daarom is het gepast om haar te eren als onze hemelse Moeder. Wij prijzen haar zalig omdat zij waardig werd bevonden om Jezus in haar schoot te dragen, zij was zuiver en heilig. God zou nooit zijn intrek hebben genomen in iets onreins. Zij werd als het ware een tabernakel van vlees en bloed. God bemint haar op heel bijzondere wijze, en dat mogen wij ook doen. En wij bidden niet tot haar als tot God, maar wij vragen steeds haar voorspraak, dat zij bidt bij haar Zoon. Zij vermag veel bij God, en is een machtige voorspreekster voor ons. Dit wordt in de Katholieke Kerk getoond door de vele mirakelen en gebedsverhoringen.
4. De mirakels bewerkt op voorspraak van de vele heiligen in de Katholieke Kerk.
De Katholieke Kerk kent heel wat heiligen. Om heilig verklaard te worden is het noodzakelijk dat er getuigen zijn die verklaren dat hun gebed op voorspraak van de heilige verhoord is geworden. Ieder die in de Hemel is, is in principe heilig. Maar de heiligen die tot de eer der altaren verheven worden, hebben de deugden op heldhaftige wijze beleefd, en leefden hier op aarde reeds in een geur van heiligheid. Na hun dood zijn zij, die heel goede vrienden van de Heer, zeer krachtige voorsprekers bij God.
Eén van mijn meest favoriete heiligen is wel de Heilige Pater Pio, de gestigmatiseerde pater uit San Giovanni Rotondo, die overleed in 1968 (een vrij recente heilige dus). Die heeft in zijn leven reeds enorm veel mirakelen bewerkt, en na zijn dood nog veel meer. Hij kon in zielen lezen en de zonden blootleggen van zijn biechtelingen, hij kon voorzeggingen doen, verstokte zondaars bekeren, in bilocatie gaan, enz. Hoeveel zielen hij heeft bekeerd en naar God heeft geleid: enkel God weet het!

Hier in Vlaanderen hebben wij Leonie Van den Dijck. Zij was dan wel geen priester of kloosterzuster, en is ook nog niet officieel door de Kerk heilig verklaard, maar was een zeer vrome, eenvoudige en arme huismoeder, die op bijzondere wijze begenadigd is geweest door de Hemel. Ook zij kon in de zielen lezen, had de gave van profetie, etc. Zie deze documentaire daarover:
Dit (de heiligen) is een uniek kenmerk voor de Katholieke Kerk, en toont des te meer dat zij de ware Kerk is en de enige ware religie.
5. Het centrum van het bestuurlijk gezag van de Katholieke Kerk is in Rome, in het Vaticaan, op de plaats waar de Apostel Petrus gemarteld en begraven werd

Protestantse kerken hebben geen centraal bestuurlijk gezag meer. Iedere ‘pastor’ van de gemeente is leider van zijn eigen kerk, maar er is geen eenheid meer. De ene kerk in die gemeente kan dit zeggen, en de andere weer dat. Wie bepaalt wat het officiële leergezag is, hoe de H. Schrift wordt geïnterpreteerd, etc? Ieder doet maar zijn eigen zin. De ene kerk is gereformeerd, de andere Luthers, nog een andere Evangelisch, enz…, Soms heb je nog groeperingen van kerken, zoals de ‘Nederlands hervormde Kerk’, maar pinkstergemeentes en Evangelische kerken hebben helemaal geen structuur meer. Deze versnippering en verdeeldheid toont dat de protestantse kerken niet de ware Kerk kunnen zijn. Ook de Orthodoxe kerken zijn verdeeld; al hebben zij wel wat meer structuur en bestuurlijk gezag.
Bij de Katholieke Kerk, die één, heilig, apostolisch en universeel is, is het centraal bestuurlijk gezag gevestigd in het Vaticaan. Je hebt de Paus, de curiekardinalen die de congregaties leiden. Dan heb je de bisschoppen in elk bisdom, en dan heb je de priesters en geestelijken, die onder de bisschop vallen.
Tot aan het rampzalige Vaticanum II (waar het gif van het duivelse modernisme doorbrak in de kerk, in een poging van Satan om die te gronde te richten) in de jaren 1960, was de taal van de Kerk het Latijn (behalve dan de Byzantijns Katholieke Kerk, een deel van de Orthodoxe Kerk die na het Schisma van 1054 weer bij Rome was gekomen). De Kerk was werkelijk universeel: een H. Mis in Japan was exact hetzelfde als één in Congo, in Nederland of in Ierland. De katholieke Leer die werd verkondigd in Congo was exact dezelfde als deze die in China werd verkondigd. Iemand die op reis ging naar Spanje, moest geen Spaans kunnen om de H. Mis te volgen. De Mis was in het Latijn, en men kon de gebeden perfect meezingen en volgen in het Missaal wat betreft de lezingen.
Dit zijn zaken die in Rome beslist waren. De Pausen bewaakten als het ware het leergezag, de liturgie etc. Vanuit Rome werd ook steeds de evolutietheorie verworpen, en de authenticiteit van Genesis, en dus de zesdaagse Schepping bevestigd. De ketterijen van Teilhard de Chardin bvb. werden door Rome hardhandig veroordeeld, tot 1962.
Het onfeilbare Leergzag van de Kerk is uiteraard al 2000 jaar hetzelfde, en werd in de loop der eeuwen hier en daar verduidelijkt of beter verklaard. Maar er werden nooit nieuwigheden onderwezen, of zaken die indruisten tegen wat men enkele eeuwen terug geloofde (zoals dat homoseksuele ‘koppels’ plots een zegen van de kerk zouden kunnen krijgen). Vandaar ook bvb. het Concilie van Trente (in de nasleep van de Reformatie en de afscheuringen van Calvijn, Luther, etc.), waarin de katholieke waarheden nogmaals bevestigd werden, en dwalingen veroordeeld werden.
De ware Katholieke Kerk zet de traditie voort, en onderricht wat al altijd onderricht is geweest. Als er nu “nieuwigheden” zouden geïntroduceerd worden, dan is dat opnieuw door figuren die afdwalen van het ware geloof, net zoals de ‘hervormers’ in de 16de eeuw.
En de traditie dat het centrum van het Katholiek Leergezag in het Vaticaan gevestigd is, komt doordat daar het eerste hoofd van de Kerk, door Jezus zelf aangesteld, gemarteld en begraven is geweest. Jezus stierf en verrees in Jeruzalem, maar de Christenen trokken geleidelijk weg van daar (na Jezus’ Hemelvaart), om het Christendom te gaan verspreiden in de wereld. Jeruzalem, het geestelijke centrum van de Joden, zou tenslotte verwoest worden.
Het Circus van Nero was een antiek stadion voor wagenrennen in Rome. Het staat ook bekend als het Circus van Caligula, naar de keizer die het liet bouwen, en als Circus Vaticanus, naar de Vaticaanse Heuvel waarop het was gebouwd. Het Circus van Nero is gebouwd in opdracht van keizer Caligula. Het stadion was ongeveer 560 meter lang en 80 breed en stond aan de Via Cornelia.

Caligula was een groot liefhebber van wagenrennen en wilde een eigen circus hebben waar hij zelf rustig kon oefenen. Het werd gebouwd in tuinen op de Vaticaanse heuvel, een stuk grond dat aan zijn moeder toebehoorde. Het Circus van Caligula was maar nauwelijks kleiner dan het Circus Maximus en om de grootsheid van zijn eigen renbaan te benadrukken liet hij een enorme obelisk uit Egypte halen en op de spina, de middenafscheiding van de renbaan, plaatsen.
Caligula werd vermoord voordat de bouw klaar was en het circus werd voltooid onder zijn opvolger, keizer Claudius. Zowel Claudius als zijn opvolger Nero, lieten hier regelmatig spelen organiseren. Door de wreedheden die Nero hier liet uitvoeren op de eerste christenen, staat het circus nu bekend onder zijn naam.
De beroemdste christen die hier waarschijnlijk stierf was de apostel Petrus, die enige jaren daarvoor in Rome was komen wonen. Nadat hij gekruisigd en gestorven was, werd ook hij begraven naast het circus. Ondanks de verscheidene perioden van de christenvervolgingen, werd zijn graf op deze plaats altijd vereerd door het groeiende aantal christenen. Zij kwamen als pelgrims naar het graf om te bidden. Velen wilden ook in de buurt van Petrus’ graftombe begraven worden, zodat er in de loop der tijd een grote necropolis ontstond.
Nadat keizer Constantijn de Grote in 313 het edict van Milaan uitvaardigde, werd de christelijke godsdienst gelegaliseerd. Constantijn liet hierna een grote basiliek bouwen ter ere van Petrus, dit was de eerste Sint-Pietersbasiliek. Het altaar van de basiliek werd recht boven zijn graf geplaatst. Op de mogelijke plaats van de kruisiging van Petrus, aan de spina van het circus, werd een ronde kapel gebouwd. De obelisk die door Caligula uit Egypte werd gehaald, werd pas in de 16de eeuw naar z’n huidige plaats gebracht, in het midden van het Sint-Pietersplein.
Het Pausschap is trouwens Bijbels:
Na het ontbijt zei Jezus tot Simon Petrus: “Simon, zoon van Johannes, hebt ge Mij meer lief dan dezen?” Hij antwoordde: “Ja Heer, Gij weet, dat ik U bemin.” Jezus zei hem: “Weid mijn lammeren.” Nog een tweede maal zei Hij tot hem: “Simon, zoon van Johannes, hebt ge Mij lief?”, waarop deze antwoordde: “Ja Heer, Gij weet dat ik U bemin.” Jezus hernam: “Hoed mijn schapen.” Voor de derde maal vroeg Hij: “Simon, zoon van Johannes, hebt ge Mij lief?” Nu werd Petrus bedroefd, omdat Hij hem voor de derde maal vroeg: “Hebt ge Mij lief?” en hij zei Hem: “Heer, Gij weet alles: Gij weet dat ik U liefheb.” Daarna zei Jezus hem: “Weid mijn schapen.
Joh. 21-15-17
En met het Credo – de Apostolische geloofsbelijdenis – belijden wij ons ene, ware geloof:
Ik geloof in God, de almachtige Vader, Schepper van Hemel en aarde;
En in Jezus Christus zijn enige Zoon onze Heer;
Die ontvangen is van de Heilige Geest en geboren uit de Maagd Maria;
Die geleden heeft onder Pontius Pilatus, gekruisigd is, gestorven en begraven;
Die neergedaald is ter helle, de derde dag verrezen uit de doden,
Die opgevaren is ten hemel en zit aan de rechterhand van God Zijn almachtige Vader;
Vandaar zal hij komen oordelen, de levenden en de doden.
Ik geloof in de Heilige Geest,
De heilige Katholieke Kerk, De gemeenschap van de Heiligen,
De vergiffenis van de zonden,
De verrijzenis van het lichaam,
Het eeuwig leven. Amen.
Heel goed dat u in uw verhaal aandacht besteedt aan de lijkwade van Turijn. Ze is een prachtig bewijsstuk van de pijnigingen die Jezus voor ons heeft doorstaan. Ze heeft mij zeer geholpen bij het mediteren over het lijden van Jezus. Ik heb studies die over haar verschenen zijn met een scheikundig oog bekeken en mijn bevindingen in een verhandeling verwerkt.
De verhandeling is te vinden door
https://vrijekatholieken.nl/artikelen-en-boeken/
te openen en naar beneden te scrollen. Ze is vrij te kopiëren.
Twee kleine correcties:
Edessa is het tegenwoordige Urfa, dat niet in Syrië ligt, maar in Turkije, noordelijk van de grens met Syrië.
De vierde kruistocht, waarin de lijkwade uit Constantinopel werd geroofd, was niet in 1004, maar in 1204.
LikeLike